Na eerdere kennismakingen met studentenleden, nu iemand die aan de andere kant van de klas staat. “Wanneer ben ik nou eens aan de beurt”, vertelde ze vaak. Ze is Janke Nies Mulder, al jaren lid bij ons, partner van Niek en inmiddels moeder van dochter Diede. Je stelt dan nietsvermoedend een paar vragen en daar komen dan bijna twee A4-tjes antwoorden uit.
Dat ze ging korfballen was niet vreemd met korfballende ouders. “Het was vanzelfsprekend dat ik op korfbal ging. Ik groeide op bij mijn cluppie Hoogkerk in Groningen. Dat was fantastisch, want ik voelde me daar ontzettend thuis en had daar veel vrienden en vriendinnen natuurlijk. We waren een heel hecht team. We begonnen als kleuters samen en uiteindelijk speelden we als volwassenen nog met elkaar.”
Over wat haar aantrok in het spel, heeft ze nooit nagedacht. “Ik vond het gewoon heel leuk. Ik moet ook eerlijk zijn dat ik korfbalkijken best heel saai vind. Ik kijk bijvoorbeeld nooit wedstrijden uit onze competitie of uit de korfbal League. Er werd bij ons thuis vroeger zo veel over korfbal gesproken, omdat mijn vader trainer van het eerste was. Hij is ook een hele tijd mijn trainer geweest. Dat was soms best pittig, want ik werd absoluut niet voorgetrokken. Het tegenovergestelde was waar. Hij was behoorlijk fanatiek en wedstrijden werden uitgebreid geanalyseerd om tot de juiste tactiek te komen. Misschien dat ik daarom in mijn “vrije tijd” niet bezig ben met het korbalspelletje”, bekent ze eerlijk.
Hoogkerk gaat nooit uit haar hart. “Ik heb er vanaf mijn 4e tot mijn 22e gespeeld. Er speelt nog veel familie in Groningen, dus ik houd nog een band met de vereniging. Als ik een stap op het veld doe, voelt het altijd vertrouwd, alsof ik nooit ben weggegaan”.
Niek kwam als 17-jarige jongen bij Hoogkerk spelen. Hij ging studeren in Groningen en liet daarom Dronten (ASVD) achter zich. “Ik was toen 10 jaar, haha. Nog niet liefde op het eerste gezicht dus”, zegt ze lachend. De relatie ontstond in een latere fase alsnog en dat bracht hen beiden naar Leiden.
“Ik had in de jeugd bij Hoogkerk al een keertje kennisgemaakt met Sporting Trigon toen ik een NK speelde in Leiden. Later ook lid geworden omdat Niek er speelde.” En dat doet ze dus nog op inmiddels bijna 30-jarige leeftijd voornamelijk in het tweede.
En als ze meedoet is dat behoorlijk strijdlustig en als het om spelletjes gaat is ze dat ook buiten de lijnen. “Ik wil altijd winnen. Ook bij een potje kaarten, 30 secondes of jeu de boules. Wat dat betreft kan ik niet goed tegen mijn verlies”, zegt de jonge moeder. “Sinds de geboorte speel ik niet meer in het eerste. Ik kan zelf bepalen of ik ga trainen en ik moet zeggen dat dat heel goed bevalt. Vaak train ik een keer in de week. Diana (vd Doe) wil dan oppassen, zodat ik een balletje kan gooien. Dat is heel fijn. Als ik speel ben ik net zo fel als toen Diede er nog niet was”.
In huize Duitscher wordt er opmerkelijk weinig over korfbal gesproken. “Niek en ik hebben het eigenlijk heel weinig over korfbal. We bespreken de wedstrijden wel even kort na. Dat is fijn. Of ik invloed heb op hem? Haha, natuurlijk!! Misschien ben ik wel het brein achter de tactische keuzes (dan wel de juiste natuurlijk), wie zal het zeggen? Achter elke succesvolle man staat een slimme vrouw, zal ik maar zeggen.”
In het dagelijks leven staat Janke Nies voor de klas als docente Nederlands bij het Vlietland College en voelt zich daarbij prettig. “Het is het mooiste beroep dat er is. Het werken met pubers is heerlijk. Ze zijn vaak erg grappig terwijl ze dat zelf niet doorhebben en het zelf ook niet grappig bedoelen. Examenklassen zijn het leukste. Je werkt echt samen toe naar het examen en de leeftijd is ook leuk. Met deze leerlingen kan je al echt een gesprek voeren, het zijn echt jongvolwassen. Extra leuk als je deze leerlingen ook in de brugklas hebt lesgegeven.”
Aan dat lesgeven ging wel wat vooraf. “Ik heb mijn bachelor Nederlandse Taal en Cultuur afgerond in Groningen. Daarna heb ik een tussenjaar genomen. Ik had al sinds de middelbare school een bijbaantje in een sushirestaurant (vandaar dat ik nu nog kamp met een sushiverslaving), dus in mijn tussenjaar draaide ik daar veel uren. Daarnaast werkte ik dat jaar fulltime in de kroeg. Mijn dagen startten in die tijd om 14.00 uur. Ik begon om 17.00 uur bij de sushitent en om 23.00 uur in de kroeg, vaak tot een uurtje of 6.00.”
En in het tussenjaar kwam ze ook weer in contact met Niek. “Met het nachtleven was ik na een jaar natuurlijk helemaal klaar. Het was wel weer tijd om de boeken in te duiken. Ik wilde graag ergens anders (niet in Groningen) mijn master Neerlandistiek volgen en ben toen verhuisd naar Amsterdam. Daar heb ik een jaar gewoond, gewerkt en gestudeerd. Toen ik mijn Master afrondde ging ik met Niek samenwonen in Leiden. Eerst nog even kort aan het Levendaal en daarna boven de kroeg North End. Ik had best graag in Amsterdam willen blijven en we hebben daar ook wel gezocht naar woningen, maar Amsterdam is niet te betalen. Nu ben ik helemaal gesetteld in Leiden, wat een stad!! Ik startte in 2020 met lesgeven op het Vlietland College en begon toen ook met de Educatieve Master aan de Universiteit in Leiden. Nu wil ik nooit meer studeren. Ik heb mijn hele sociale leven opgebouwd hier, mede door Sporting Trigon. Scharen 1 (hier zitten al mijn lieve vriendinnen van Trigon bij) is inmiddels een begrip geworden,” besluit een openhartige Janke Nies.
Wim van Vliet